Volledige beschrijving geselecteerd orgel
Obermarsberg, Deutschland (Nordrhein-Westfalen) - Katholische Stiftskirche Sankt Peter und Paul
Gemeente: Marsberg
Streek:Westfalen
Adres: Am Stift, 34431, Obermarsberg
Beschrijving nr.: 2007668.
Gebouwd door: Peter Henrich Varenholt (1707)
In 1707 werd in de Stiftskerk van het Benedictijnenklooster te Obermarsberg een nieuw orgel gebouwd met één manuaal en aangehangen pedaal. Het had twaalf registers en was gebouwd met een springlade. Het onderpositief was loos. Sinds 1803 is het klooster opgeheven, en wordt de kerk gebruikt als parochiekerk, gewijd aan Petrus en Paulus. Het orgel, dat waarschijnlijk een werkstuk is van Peter Varenholt, werd in 1869 verbouwd. Als bouwer wordt echter ook wel Hinrich Klausing genoemd. Heinrich Schulte plaatste een tweede manuaal als Unterwerk achter het oude schijnfront van het onderpositief. Achter het hoofdwerk plaatste hij een klein pedaal. Het Hauptwerk kreeg een nieuwe sleeplade. Na 1900 is de dispositie gewijzigd in romantische stijl. Bij een restauratie door Franz Breil in 1973 werd het instrument teruggebracht in de staat van 1869 met enkele uitbreidingen.
Technische gegevens
Dispositie
Hauptwerk (C-f'''): Bordun 16', Principal 8' - before 1707, Gedackt 8', Octave 4', Rohrflöte 4', Quinte 3', Octave 2', Cornett 4 fach (4') (from g°) - 1869, Mixtur 4 fach (2') - 1973, Zimbel 3 fach (1/2') - 1973, Trompete 8' - 1973, Tremulant.
Unterwerk (C-f'''): Hohlflöte 8' - 1869, Principal 4' - 1869, Waldflöte 2' - 1973, Sesquialtera 2 fach - 1973, Mixtur 4 fach (1 1/3') - 1973, Dulzian 8' - 1973, Tremulant.
Pedal (C-d'): Subbaß 16' - 1869, Octavbaß 8' - 1869, Pommer 4' - 1973, Nachthorn 2' - 1973, Mixtur 5 fach (2') - 1973, Posaune 16' - 1869.
Koppelingen: Hauptwerk - Unterwerk, Pedal - Hauptwerk, Pedal - Unterwerk.
Obermarsberg, Deutschland (Nordrhein-Westfalen) - Katholische Stiftskirche Sankt Peter und Paul
Gemeente: Marsberg
Streek:Westfalen
Adres: Am Stift, 34431, Obermarsberg
Beschrijving nr.: 2007668.
Gebouwd door: Peter Henrich Varenholt (1707)
| Jaar | Orgelbouwer | Opus | Activiteit | 1707 | Peter Henrich Varenholt | nieuwbouw | 1869 | Heinrich Schulte | uitbreiding | 1973 | firma Franz Breil | restauratie |
In 1707 werd in de Stiftskerk van het Benedictijnenklooster te Obermarsberg een nieuw orgel gebouwd met één manuaal en aangehangen pedaal. Het had twaalf registers en was gebouwd met een springlade. Het onderpositief was loos. Sinds 1803 is het klooster opgeheven, en wordt de kerk gebruikt als parochiekerk, gewijd aan Petrus en Paulus. Het orgel, dat waarschijnlijk een werkstuk is van Peter Varenholt, werd in 1869 verbouwd. Als bouwer wordt echter ook wel Hinrich Klausing genoemd. Heinrich Schulte plaatste een tweede manuaal als Unterwerk achter het oude schijnfront van het onderpositief. Achter het hoofdwerk plaatste hij een klein pedaal. Het Hauptwerk kreeg een nieuwe sleeplade. Na 1900 is de dispositie gewijzigd in romantische stijl. Bij een restauratie door Franz Breil in 1973 werd het instrument teruggebracht in de staat van 1869 met enkele uitbreidingen.
Technische gegevens
| Aantal registers per werk | |
| - Hauptwerk | 11 |
| - Unterwerk | 6 |
| - Pedal | 6 |
| Totaal aantal stemmen | 23 |
| Toetstractuur | Mechanisch |
| Registertractuur | Mechanisch |
| Windlade(n) | Sleepladen |
Dispositie
Hauptwerk (C-f'''): Bordun 16', Principal 8' - before 1707, Gedackt 8', Octave 4', Rohrflöte 4', Quinte 3', Octave 2', Cornett 4 fach (4') (from g°) - 1869, Mixtur 4 fach (2') - 1973, Zimbel 3 fach (1/2') - 1973, Trompete 8' - 1973, Tremulant.
Unterwerk (C-f'''): Hohlflöte 8' - 1869, Principal 4' - 1869, Waldflöte 2' - 1973, Sesquialtera 2 fach - 1973, Mixtur 4 fach (1 1/3') - 1973, Dulzian 8' - 1973, Tremulant.
Pedal (C-d'): Subbaß 16' - 1869, Octavbaß 8' - 1869, Pommer 4' - 1973, Nachthorn 2' - 1973, Mixtur 5 fach (2') - 1973, Posaune 16' - 1869.
Koppelingen: Hauptwerk - Unterwerk, Pedal - Hauptwerk, Pedal - Unterwerk.
| Overige dispositiegegevens | |
|---|---|
| Verschillende disposities |
De oorspronkelijke dispositie luidde: Manual (CD-c''', springlade): Bordun 16', Principal 8', Gedackt 8', Viola da Gamba 8', Octava 4', Rohrflöte 4', Quinte 3', Octava 2', Waldflöte 2', Mixtur 4 fach (2'), Zimbel 3 fach, Trompete 8'. Pedal: Aangehangen. |
| Literatuur |
|
 |