Volledige beschrijving geselecteerd orgel
Olomouc, Česká Republika (Olomoucký Kraj) - Kostel sv. Michaela Archanděla
Gemeente: Olomouc
Streek:Morava
Adres: Na Hradě, 779 00, Olomouc
Beschrijving nr.: 2058384.
Gebouwd door: Gebrüder Brauner (1898)
Het orgel bevat ouder materiaal: Orgelkas (deels) uit 1706 van Johann David Sieber
Kort overzicht van plaatsen waar het orgel heeft gestaan
Technische gegevens
Dispositie
Hauptwerk (C-g'''): Principal 16', Bourdun 16', Principal 8', Gamba 8', Gemshorn 8', Flöte Amabile 8', Gedekt 8', Oktave 4', Flöte 4', Dolce 4', Super Oktave 2', Cornett 3 fach (5 1/3'), Mixtur 4-6 fach (2 2/3'), Trompete 8'.
Schwellwerk (C-g'''): Quintatön 16', Geigen-Principal 8', Doppelflöte 8', Salicional 8', Aeoline 8', Vox Angelica 8', Flute Harmonique 8', Spitzflöte 4', Fugara 4', Mixtur 4-5 fach (2 2/3'), Oboë 8'.
Pedal (C-d'): Contrabaß 32', Violon 16', Subbaß 16', Salicet 16', Principal 8', Cello 8', Principal 4', Posaune 16'.
Koppelingen: Hauptwerk - Schwellwerk, Pedal - Hauptwerk, Pedal - Schwellwerk, Hauptwerk - Schwellwerk Sub Octav, Schwellwerk Octav-Koppel.
Speelhulpen: 1 freie Combination, Crescendo-Decrescendo (Walze).
Olomouc, Česká Republika (Olomoucký Kraj) - Kostel sv. Michaela Archanděla
Gemeente: Olomouc
Streek:Morava
Adres: Na Hradě, 779 00, Olomouc
Beschrijving nr.: 2058384.
Gebouwd door: Gebrüder Brauner (1898)
Het orgel bevat ouder materiaal: Orgelkas (deels) uit 1706 van Johann David Sieber
| Jaar | Orgelbouwer | Opus | Activiteit | 1706 | Johann David Sieber | nieuwbouw | 1793 | Joseph Sebastian Staudinger | overplaatsing | 1820 | Michael Oransky | diverse werkzaamheden | 1884 | Gebrüder Brauner | diverse werkzaamheden | 1898 | Gebrüder Brauner | nieuwbouw in bestaande kas |
- De barokke kerk gewijd aan de aartsengel Michaël in Olomouc werd gebouwd in de jaren 1676-1703. Na de opheffing van het klooster Hradish (Klášter Hradisko), dat in 1783 werd geseculariseerd, is het orgel uit de kloosterkerk in 1793 overgeplaatst naar de Sankt Michaelskirche. Dit orgel werd gebouwd door Johann David Sieber in 1706. Het was een tweeklaviers orgel met 32 stemmen, kort octaaf en een pedaal met twaalf toetsen. Dit orgel werd in de zomer van 1793 door Joseph Staudinger overgeplaatst. De aanschaf en overplaatsing van het instrument werden gefinancierd door Franz Tauber, koopman in Olmütz. Het orgel stond oorspronkelijk gestemd in de 'Chor-Ton', en is in 1820 door Michael Oransky gestemd in de zogenaamde 'Wiener Ton'. In 1884 is het orgel geheel gestemd en schoongemaakt door Wilhelm Brauner. De roep om een nieuw en modern orgel was echter groot. Ter gelegenheid van het vijftigjarig jubileum van de keizer in 1893 werd de kerk grondig gerenoveerd. De firma Gebr. Brauner kreeg de opdracht voor de bouw van een nieuw orgel.
- Om niet zonder orgel te zitten stelde men een tijdelijk orgel op met negen stemmen, gebouwd met pijpwerk uit het oude instrument. Daarna startte in 1896 de bouw van een geheel nieuw orgel. Van het oude werk werd de kas overgenomen, uitgebreid met drie velden in het midden om de kassen te verbinden. Vier registers zijn ook overgenomen uit het oude werk. Het nieuwe orgel werd eind 1898 in gebruikgenomen.
- Het kleine orgel is ook in de kerk gebleven, en kon worden gebruikt voor kleinere vieringen op weekdagen.
Kort overzicht van plaatsen waar het orgel heeft gestaan
| 1706 | Olomouc | Klášter Hradisko |
| 1793 | Olomouc | Kostel sv. Michaela Archanděla |
Technische gegevens
| Aantal registers per werk | |
| - Hauptwerk | 14 |
| - Schwellwerk | 11 |
| - Pedal | 8 |
| Totaal aantal stemmen | 33 |
| Toetstractuur | Pneumatisch |
| Registertractuur | Pneumatisch |
| Windlade(n) | Kastenlade |
Dispositie
Hauptwerk (C-g'''): Principal 16', Bourdun 16', Principal 8', Gamba 8', Gemshorn 8', Flöte Amabile 8', Gedekt 8', Oktave 4', Flöte 4', Dolce 4', Super Oktave 2', Cornett 3 fach (5 1/3'), Mixtur 4-6 fach (2 2/3'), Trompete 8'.
Schwellwerk (C-g'''): Quintatön 16', Geigen-Principal 8', Doppelflöte 8', Salicional 8', Aeoline 8', Vox Angelica 8', Flute Harmonique 8', Spitzflöte 4', Fugara 4', Mixtur 4-5 fach (2 2/3'), Oboë 8'.
Pedal (C-d'): Contrabaß 32', Violon 16', Subbaß 16', Salicet 16', Principal 8', Cello 8', Principal 4', Posaune 16'.
Koppelingen: Hauptwerk - Schwellwerk, Pedal - Hauptwerk, Pedal - Schwellwerk, Hauptwerk - Schwellwerk Sub Octav, Schwellwerk Octav-Koppel.
Speelhulpen: 1 freie Combination, Crescendo-Decrescendo (Walze).
| Literatuur |
Orgelbau-Nachrichten. - In: Zeitschrift für Instrumentenbau, 19. Jahrg., No. 10, 1. Januar 1899. |