Ausführliche Beschreibung der vorgewählten Orgel
Ehrenrain, Deutschland (Thüringen) - Evangelische Kirche
Gemeinde: Nobitz
Beschreibung nr.: 2018334.
Gebaut von: Ladegast & Sohn (1886) - Opus 112
Op 24 oktober 1886 nam men in de Evangelische Kirche te Ehrenrain een nieuw orgel in gebruik, gebouwd door Friedrich Ladegast. Het instrument kreeg achttien stemmen, verdeeld over twee manualen en pedaal. In 1917 werden de frontpijpen gevorderd. De firma Gebr. Jehmlich verving deze in 1924 door nieuwe zinken exemplaren. In 1960 is het orgel door Rudolf Böhm gereviseerd en gemoderniseerd. Het Oberwerk werd geheel vernieuwd, terwijl op Hauptwerk en Pedal enkele registers werden vervangen.
Technische Daten
Disposition
Hauptwerk (C-f'''): Bordun 16', Principal 8' - 1886/1924, Rohrflöte 8', Principal 4' - 1886/1924, Flöte 4' - 1960, Nachthorn 2' - 1960, Terz 1 3/5' - 1960, Mixtur 4 fach.
Oberwerk (C-f'''): Singend Gedackt 8' - 1960, Principal 4' - 1960, Octave 2' - 1960, Sifflöte 1 1/3' - 1960, Cymbel 2-3 fach - 1960.
Pedal (C-d'): Subbaß 16', Octavbaß 8', Baßflöte 8', Choralbaß 4' - 1960, Posaune 16'.
Koppeln: Manualcoppel, Pedalcoppel.
Nebenregister und Spielhilfen: 3 Collectivtritte.
Ehrenrain, Deutschland (Thüringen) - Evangelische Kirche
Gemeinde: Nobitz
Beschreibung nr.: 2018334.
Gebaut von: Ladegast & Sohn (1886) - Opus 112
Jahr | Orgelbauer | Opus | Aktivität | 1886 | Ladegast & Sohn | 112 | Neubau | 1924 | Jehmlich Orgelbau | Verschiedene Tätigkeiten | 1960 | Rudolf Böhm | Änders der Disposition |
Op 24 oktober 1886 nam men in de Evangelische Kirche te Ehrenrain een nieuw orgel in gebruik, gebouwd door Friedrich Ladegast. Het instrument kreeg achttien stemmen, verdeeld over twee manualen en pedaal. In 1917 werden de frontpijpen gevorderd. De firma Gebr. Jehmlich verving deze in 1924 door nieuwe zinken exemplaren. In 1960 is het orgel door Rudolf Böhm gereviseerd en gemoderniseerd. Het Oberwerk werd geheel vernieuwd, terwijl op Hauptwerk en Pedal enkele registers werden vervangen.
Technische Daten
Anzahl Register pro Manual | |
- Hauptwerk | 8 |
- Oberwerk | 5 |
- Pedal | 5 |
Gesamtzahl der Stimmen | 18 |
Tastentraktur | Mechanical |
Registertraktur | Mechanical |
Windlade(n) | Cone chests |
Disposition
Hauptwerk (C-f'''): Bordun 16', Principal 8' - 1886/1924, Rohrflöte 8', Principal 4' - 1886/1924, Flöte 4' - 1960, Nachthorn 2' - 1960, Terz 1 3/5' - 1960, Mixtur 4 fach.
Oberwerk (C-f'''): Singend Gedackt 8' - 1960, Principal 4' - 1960, Octave 2' - 1960, Sifflöte 1 1/3' - 1960, Cymbel 2-3 fach - 1960.
Pedal (C-d'): Subbaß 16', Octavbaß 8', Baßflöte 8', Choralbaß 4' - 1960, Posaune 16'.
Koppeln: Manualcoppel, Pedalcoppel.
Nebenregister und Spielhilfen: 3 Collectivtritte.
Übrige dispositiondaten | |
---|---|
Mehrere dispositionen |
De oorspronkelijke dispositie luidde: Hauptwerk: Bordun 16', Principal 8', Viola di Gamba 8', Rohrflöte 8', Principal 4', Flauto Minor 4', Octava 2', Mixtur 4 fach. Oberwerk: Salicional 8', Flauto Travers 8', Lieblich Gedackt 8', Principal 4', Flauto Dolce 4'. Pedal: Subbaß 16', Violon 16', Octavbaß 8', Baßflöte 8', Posaune 16'. |
Literatur |
Im Wandel der Zeit : Die Ladegasts und ihre Orgel / Alexander Koschel. - Weißenfels : Orgelfachverlag Fagott, 2004. |