Description complète d'orgue sélectionné
Römhild, Deutschland (Thüringen) - Stiftskirche
Commune: Römhild
Adresse: Am Stift 2, 98630, Römhild
Site Web: http://kirchgemeinde-roemhild.de/
Description no.: 2002866.
Bâti par: Johann Moritz Weise (1680)
Johann Weisse bouwde in 1680 een orgel met twee manualen en pedaal en negentien registers voor de Stiftskirche te Römhild. Het is in 1865 verbouwd door Theodor Kühn. Deze verwijderde het rugpositief, vergrootte de orgelkas en voegde een Oberwerk toe, en breidde de dispositie uit. In 1980 zijn de resten van de originele kas gebruikt voor een reconstructie van het originele instrument. Het front van het rugpositief was bewaard gebleven en had sinds 1865 aan de wand van de kerk gehangen. Hiermee kon ook het rugwerk worden hersteld. Het orgel zelf is door Hermann Eule Orgelbau gereconstrueerd in de stijl van Weisse, echter met grotere manuaal- en pedaalomvang.
Données techniques
Composition
Hauptwerk (C-f'''): Quintatön 16', Principal 8', Groß Gedackt 8', Salicional 8', Octav 4', Flöte 4', Quinta 3', Superoctav 2', Sesquialtera 2 fach, Mixtur 4 fach, Trommet 8'.
Rückpositiv (C-f'''): Still Gedackt 8', Principal 4', Nachthorn 4', Spitzflöte 2', Sesquialtera 2 fach, Doppelt Zimbel 2 fach, Krummhorn 8'.
Pedal (C-f'): Principalbass 16', Subbass 16', Octavbass 8', Gemshorn 4', Nachthorn 2', Hintersatz 4 fach, Posaunenbass 16'.
Accouplements: Hauptwerk - Rückpositiv, Pedal - Hauptwerk, Pedal - Rückpositiv.
Jouer conseils: Tremulant.
Römhild, Deutschland (Thüringen) - Stiftskirche
Commune: Römhild
Adresse: Am Stift 2, 98630, Römhild
Site Web: http://kirchgemeinde-roemhild.de/
Description no.: 2002866.
Bâti par: Johann Moritz Weise (1680)
Année | Facteur | Opus | Activité | 1680 | Johann Moritz Weise | orgue neuf | 1865 | Orgelbau Kuhn AG | conversion | 1980 | Eule Orgelbau | reconstruction |
Johann Weisse bouwde in 1680 een orgel met twee manualen en pedaal en negentien registers voor de Stiftskirche te Römhild. Het is in 1865 verbouwd door Theodor Kühn. Deze verwijderde het rugpositief, vergrootte de orgelkas en voegde een Oberwerk toe, en breidde de dispositie uit. In 1980 zijn de resten van de originele kas gebruikt voor een reconstructie van het originele instrument. Het front van het rugpositief was bewaard gebleven en had sinds 1865 aan de wand van de kerk gehangen. Hiermee kon ook het rugwerk worden hersteld. Het orgel zelf is door Hermann Eule Orgelbau gereconstrueerd in de stijl van Weisse, echter met grotere manuaal- en pedaalomvang.
Données techniques
Nombre de registres par manuel | |
- Hauptwerk | 11 |
- Rückpositiv | 7 |
- Pedal | 7 |
Nombre de jeux total | 25 |
Transmission des clés | Mechanical |
Transmission des jeux | Mechanical |
Sommier(s) | Slider chests |
Composition
Hauptwerk (C-f'''): Quintatön 16', Principal 8', Groß Gedackt 8', Salicional 8', Octav 4', Flöte 4', Quinta 3', Superoctav 2', Sesquialtera 2 fach, Mixtur 4 fach, Trommet 8'.
Rückpositiv (C-f'''): Still Gedackt 8', Principal 4', Nachthorn 4', Spitzflöte 2', Sesquialtera 2 fach, Doppelt Zimbel 2 fach, Krummhorn 8'.
Pedal (C-f'): Principalbass 16', Subbass 16', Octavbass 8', Gemshorn 4', Nachthorn 2', Hintersatz 4 fach, Posaunenbass 16'.
Accouplements: Hauptwerk - Rückpositiv, Pedal - Hauptwerk, Pedal - Rückpositiv.
Jouer conseils: Tremulant.
Enregistrements |
East German Revolution : Historic organs of the German Democratic Republic - Historische Orgeln in der DDR / Diverse organisten. - Pilz 44 2081-2 (CD). - 1990. |