Ausführliche Beschreibung der vorgewählten Orgel
Quelle: Calendar
Waldhausen im Strudengau, Österreich (Oberösterreich) - Stiftskirche
Gemeinde: Waldhausen im Strudengau
Adresse: Schloßberg 53, 4391, Waldhausen im Strudengau
Beschreibung nr.: 2002375.
Gebaut von: Nikolaus Rumel der Jüngere (1803)
Die Orgel enthält älteren Material: Organ case aus 1677 von Builder unknown
In de Stiftskirche van Waldhause werd in 1677 een geheel nieuw orgel gebouwd met een fraaie barokke kas. Toen het klooster in 1792 sloot, werd het binnenwerk verkocht. Na de heringebruikname van de kerk bouwde Nikolaus Rumel jr. achter het oude front een Positif met negen registers en een vrij pedaal met drie registers. Het Oberwerk bleef buiten gebruik. In 1956 reviseerde Johann Pirchner het instrument. Hij wijzigde de dispositie, en breidde tevens het aantal stemmen uit. In de kas van het Oberwerk plaatste hij een Prinzipalpleno 7-11 fach in de stijl van een barok blokwerk.
Technische Daten
Disposition
Positif (C-d'''): Copl 8', Spitzflöte 8', Salicet 8', Prinzipal 4', Flöte 4', Quint 2 2/3', Octav 2', Mixtur 4 fach (1 1/3'), Mixtur 3 fach (1'), Schalmei 8'.
Oberwerk (C-d'''): Prinzipalpleno 7-11 fach.
Pedal (C-d'): Subbass 16', Prinzipal 8', Gedacktbass 8', Choralbass 4', Bombarde 16'.
Koppeln: Positif - Oberwerk, Pedal - Positif, Pedal - Oberwerk.
Quelle: Calendar
Waldhausen im Strudengau, Österreich (Oberösterreich) - Stiftskirche
Gemeinde: Waldhausen im Strudengau
Adresse: Schloßberg 53, 4391, Waldhausen im Strudengau
Beschreibung nr.: 2002375.
Gebaut von: Nikolaus Rumel der Jüngere (1803)
Die Orgel enthält älteren Material: Organ case aus 1677 von Builder unknown
| Jahr | Orgelbauer | Opus | Aktivität | 1803 | Nikolaus Rumel der Jüngere | Neubau | 1956 | Johann Pirchner | Restaurierung und Vergrößerung | 1988 | Kaltenbrunner Orgelbau | Restaurierung |
In de Stiftskirche van Waldhause werd in 1677 een geheel nieuw orgel gebouwd met een fraaie barokke kas. Toen het klooster in 1792 sloot, werd het binnenwerk verkocht. Na de heringebruikname van de kerk bouwde Nikolaus Rumel jr. achter het oude front een Positif met negen registers en een vrij pedaal met drie registers. Het Oberwerk bleef buiten gebruik. In 1956 reviseerde Johann Pirchner het instrument. Hij wijzigde de dispositie, en breidde tevens het aantal stemmen uit. In de kas van het Oberwerk plaatste hij een Prinzipalpleno 7-11 fach in de stijl van een barok blokwerk.
Technische Daten
| Anzahl Register pro Manual | |
| - Positif | 10 |
| - Oberwerk | 1 |
| - Pedal | 5 |
| Gesamtzahl der Stimmen | 16 |
| Tastentraktur | Mechanical |
| Registertraktur | Mechanical |
| Windlade(n) | Slider chests |
Disposition
Positif (C-d'''): Copl 8', Spitzflöte 8', Salicet 8', Prinzipal 4', Flöte 4', Quint 2 2/3', Octav 2', Mixtur 4 fach (1 1/3'), Mixtur 3 fach (1'), Schalmei 8'.
Oberwerk (C-d'''): Prinzipalpleno 7-11 fach.
Pedal (C-d'): Subbass 16', Prinzipal 8', Gedacktbass 8', Choralbass 4', Bombarde 16'.
Koppeln: Positif - Oberwerk, Pedal - Positif, Pedal - Oberwerk.
| Übrige dispositiondaten | |
|---|---|
| Mehrere dispositionen |
De dispositie was na de herbouw in 1803: Positif: Copl 8', Sollo 8', Fugara 8', Piffara 8', Principal 4', Flöte 4', Quint 2 2/3', Octav 2', Mixtur 4 fach. Pedal: Bordun 16', Octavbass 8', Principal 8'-4'. |
| Literatur |
|