Ausführliche Beschreibung der vorgewählten Orgel
Bild: Anton Bogaarts
Hoofddorp, Nederland (Noord-Holland) - Doopsgezinde Kerk
Gemeinde: Haarlemmermeer
Region:Haarlemmermeerpolder
Adresse: Hoofdweg 691-693, 2131 BC, Hoofddorp
Beschreibung nr.: 1006116.
Gebaut von: Hendrick Wicher Flentrop (1915)
Het orgel van de Doopsgezinde Kerk in Hoofddorp is in drie fasen gebouwd. Het eerste gedeelte is in gebruik genomen op 28 februari 1915. In 1920 voegde Flentrop de Bourdon 16', Fluit 4' en Octaaf 2' toe. In 1928 is de Dulciaan geplaatst. De firma Verschueren bouwde het orgel in 1972 om tot een tweeklaviers instrument met vrij pedaal. Het werd op 12 november 1972 weer in gebruik genomen met een bespeling door G. Groenveld.
Technische Daten
Disposition
Hoofdwerk (C-g'''): Prestant 8', Roerfluit 8' - 1972, Octaaf 4', Kwint 2 2/3' - 1972, Octaaf 2' - 1920.
Nevenwerk (C-g'''): Holpijp 8', Fluit 4' - 1920, Nachthoorn 2' - 1972, Dulciaan 8' - 1928, Tremulant.
Pedaal (C-f'): Subbas 16' - 1920, Octaafbas 8' - 1972; transmissie, Gedektbas 8' - 1920/1972.
Koppeln: Hoofdwerk - Nevenwerk, Pedaal - Hoofdwerk, Pedaal - Nevenwerk.
Bild: Anton Bogaarts
Hoofddorp, Nederland (Noord-Holland) - Doopsgezinde Kerk
Gemeinde: Haarlemmermeer
Region:Haarlemmermeerpolder
Adresse: Hoofdweg 691-693, 2131 BC, Hoofddorp
Beschreibung nr.: 1006116.
Gebaut von: Hendrick Wicher Flentrop (1915)
Jahr | Orgelbauer | Opus | Aktivität | 1915 | Hendrick Wicher Flentrop | Neubau | 1920 | Hendrick Wicher Flentrop | 1928 | Hendrick Wicher Flentrop | 1972 | Verschueren Orgelbouw | 860 | Umbau |
Het orgel van de Doopsgezinde Kerk in Hoofddorp is in drie fasen gebouwd. Het eerste gedeelte is in gebruik genomen op 28 februari 1915. In 1920 voegde Flentrop de Bourdon 16', Fluit 4' en Octaaf 2' toe. In 1928 is de Dulciaan geplaatst. De firma Verschueren bouwde het orgel in 1972 om tot een tweeklaviers instrument met vrij pedaal. Het werd op 12 november 1972 weer in gebruik genomen met een bespeling door G. Groenveld.
Technische Daten
Anzahl Register pro Manual | |
- Hoofdwerk | 5 |
- Nevenwerk | 4 |
- Pedaal | 3 |
Gesamtzahl der Stimmen | 12 |
Tastentraktur | Electropneumatic |
Registertraktur | Electropneumatic |
Windlade(n) | Cone chests |
Tonhöhe | a' = 440 Hz |
Temperatur | Equal temperament |
Disposition
Hoofdwerk (C-g'''): Prestant 8', Roerfluit 8' - 1972, Octaaf 4', Kwint 2 2/3' - 1972, Octaaf 2' - 1920.
Nevenwerk (C-g'''): Holpijp 8', Fluit 4' - 1920, Nachthoorn 2' - 1972, Dulciaan 8' - 1928, Tremulant.
Pedaal (C-f'): Subbas 16' - 1920, Octaafbas 8' - 1972; transmissie, Gedektbas 8' - 1920/1972.
Koppeln: Hoofdwerk - Nevenwerk, Pedaal - Hoofdwerk, Pedaal - Nevenwerk.
Übrige dispositiondaten | |
---|---|
Mehrere dispositionen |
De dispositie luidde in 1928: Manuaal: Bourdon 16' (1920), Prestant 8', Gamba 8', Holpijp 8', Celeste 8', Octaaf 4', Fluit 4' (1920), Octaaf 2' (1920), Dulciaan 8' (1928). Pedaal: Subbas 16' (transmissie). Koppelingen: Pedaalkoppel, Octaafkoppel. |
Literatur |
Hoofddorp, Doopsgezinde Kerk. - In: Orgelnieuws L. Verschueren b.v., pinksteren 1973 [mei 1973]. |