Complete description of the selected organ
Photo: Michiel van 't Einde
Zeddam, Nederland (Gelderland) - Sint Oswalduskerk
Municipal: Montferland
Region:Achterhoek
Address: Bovendorpsstraat 8, 7038 CJ, Zeddam
Website: http://www.parochiegabriel.nl/
Description nr.: 1002767.
De Mixtuur card number: E19.
Built by: Johann Daniël Nolting (1843)
Technical data
Specification
Hoofdwerk (C-g'''): Prestant 16', Prestant 8', Bourdun 8', Violda Gamba 8', Prestant 4', Flöth 4', Quint 3', Octav 2', Mixtur 4 fach (1 1/3'), Trompet 8' (B/D) - 1890.
Onderpositief (C-g'''): Gedackt 8', Flöth 8' (discant), Quintadena 8', Prestant 4', Flöthe Dous 4', Octav 2', Flageolet 1', Cimbal 3 fach (1/2') - 1950/1969, Krummhorn 8' - 1950, Tremulant.
Pedaal (C-f°): Bourdon 16' - C-H transmissie.
Couplers: Manuaalkoppel (gedeeld), Pedaal - Hoofdwerk.
Accessories: Ventiel.
Photo: Michiel van 't Einde
Zeddam, Nederland (Gelderland) - Sint Oswalduskerk
Municipal: Montferland
Region:Achterhoek
Address: Bovendorpsstraat 8, 7038 CJ, Zeddam
Website: http://www.parochiegabriel.nl/
Description nr.: 1002767.
De Mixtuur card number: E19.
Built by: Johann Daniël Nolting (1843)
Year | Builder | Opus | Activity | 1843 | Johann Daniël Nolting | new organ | 1890 | Norbertus Stephanus Leijser & Zoon | transfer/relocate | 1951 | firma Jos H. Vermeulen | restoration | 1969 | firma Jos H. Vermeulen | restoration |
- In 1843 bouwde Johann Nolting een nieuw orgel voor de Sint Oswalduskerk te Zeddam. Bij de bouw werd enig pijpwerk overgenomen uit het vorige orgel van de kerk. In 1890 is het instrument door Norbertus Leijser overgeplaatst naar het huidige kerkgebouw. De orgelkas werd gewijzigd om deze te kunnen plaatsen en de Trompet is vernieuwd.
- Valckx & Van Kouteren werkten in de jaren twintig aan het orgel. Zij vervingen de Kromhoorn en de Vox Humana van het Positief door een Salicionaal en een Voix Céleste. Maar deze werden bij een restauratie in 1950/1951 door de firma Vermeulen uit Alkmaar weer vervangen door een Scherp en een Kromhoorn. Adviseur bij deze restauratie was mr. A. Bouman. Het aangehangen pedaal werd ook vervangen door een vrij pedaal met pneumatische tractuur. Op 4 november 1951 nam men het orgel weer in gebruik. Het werd bij deze gelegenheid bespeeld door dhr. B.A. Kok.
- In 1968 moest het orgel binnen de kerk worden gedemonteerd wegens een ingrijpende restauratie van het kerkinterieur. Onder advies van dr. P.J. de Bruyn en drs. J.J. van der Harst werd het orgel nu opnieuw gerestaureerd door de firma Vermeulen uit Alkmaar. Het orgel is geheel teruggebracht in de toestand van 1843. Het pedaal is echter wel gedeeltelijk vrij gemaakt door een mechanische transmissie van het groot octaaf van de Prestant 16' aan te leggen, aangevuld met een zelfstandige pedaallade voor de tonen c tot en met f. Men plaatste het orgel nu niet meer op de galerij aan de westzijde, maar op het priesterkoor op de kerkvloer. Op 4 mei 1969 is het orgel weer in gebruik genomen.
Technical data
Number of stops per division | |
- Hoofdwerk | 10 |
- Onderpositief | 9 |
- Pedaal | 1 |
Total number of stops | 20 |
Key action | Mechanical |
Stop action | Mechanical |
Windchest(s) | Slider chests |
Temperament | Equal temperament |
Specification
Hoofdwerk (C-g'''): Prestant 16', Prestant 8', Bourdun 8', Violda Gamba 8', Prestant 4', Flöth 4', Quint 3', Octav 2', Mixtur 4 fach (1 1/3'), Trompet 8' (B/D) - 1890.
Onderpositief (C-g'''): Gedackt 8', Flöth 8' (discant), Quintadena 8', Prestant 4', Flöthe Dous 4', Octav 2', Flageolet 1', Cimbal 3 fach (1/2') - 1950/1969, Krummhorn 8' - 1950, Tremulant.
Pedaal (C-f°): Bourdon 16' - C-H transmissie.
Couplers: Manuaalkoppel (gedeeld), Pedaal - Hoofdwerk.
Accessories: Ventiel.
Compound stop | Composition |
Mixtur 4 fach (Hoofdwerk) | C: 1 1/3' - 1' - 2/3' - 1/2'. f°: 2 2/3' - 2' - 1 1/3' - 2/3'. b': 5 1/3' - 4' - 2 2/3' - 1'. |
Cimbal 3 fach (Positief) | C: 2/3' - 1/2' - 1/3'. c°: 1' - 2/3' - 1/2'. c': 1 1/3' - 1' - 2/3'. c'': 2' - 1 1/3' - 1'. c''': 2 2/3' - 2' - 1 1/3'. |
Other specifications | |
---|---|
Different specifications |
Na de restauratie van 1951 luidde de dispositie: Hoofdwerk: Prestant 16', Prestant 8', Salicionaal 8', Bourdon 8', Prestant 4', Flöte 4', Quint 3', Octav 2', Mixtuur 4 fach, Trompet 8' (B/D). Onderpositief: Flöte 8', Quintatön 8', Holpijp 8', Prestant 4', Flöte-douce 4', Octav 2', Flageolet 1', Scherp 4 fach, Kromhoorn 8'. Pedaal: Subbas 16', Gedekt 8', Fluit 4'. |
Literature |
|