Ausführliche Beschreibung der vorgewählten Orgel
Quelle: Postcard
Altenburg, Deutschland (Thüringen) - Schloßkirche
Gemeinde: Altenburg
Region:Meissen
Adresse: Schloß 2-4, 04600, Altenburg
Website: http://cms.residenzschloss-altenburg.de/
Beschreibung nr.: 2001547.
Gebaut von: Heinrich Gottfried Trost (1739)
Het orgel dat Trost in 1737-1739 voor de Schloßkirche bouwde, is door Johann Sebastian Bach gekeurd. De dispositie werd ontworpen door Stölzel, hoforganist te Gotha. Van dit orgel was Johann Ludwig Krebs organist van 1756 tot 1780. Het instrument werd in 1881-1882 door Ladegast omgebouwd tot een drieklaviers instrument met een Fernwerk. In 1917 zijn de frontpijpen gevorderd. Het instrument werd in de jaren 1974-1976 door Herman Eule in de oorspronkelijke staat teruggebracht.
Technische Daten
Disposition
Hauptwerk (C-c'''): Groß-Quintadena 16' - 1976, Flauto Traverso 16' - 1739/1976, Principal 8' - 1739/1976, Bordun 8', Spitzflöte 8', Violdigamba 8', Rohrflöte 8' - 1739/1976, Octava 4', Klein-Gedackt 4', Quinta 3', Superoctava 2', Sesquialtera 2 fach (1 3/5'), Mixture 6-9 fach (2') - 1739/1976, Trompete 8' - 1976, Tremulant - 1976, Glockenspiel - 1976.
Oberwerk (C-c'''): Geigenprincipal 8' - 1739/1976, Lieblich Gedackt 8', Fugara 8', Quintadena 8', Hohlflöte 8', Gemshorn 4', Flauto Dolce 4' (2 fach) - 1739/1976, Nasat 3', Octava 2', Waldflöte 2', Superoctava 1', Cornet 5 fach (8') (from g°) - 1739/1976, Mixtur 4-5 fach (2') - 1739/1976, Vox Humana 8' - 1976, Tremulant.
Pedal (C-c'): Principalbaß 16' - 1976, Violonbaß 16', Subbaß 16', Quintadenbaß 16' - transmissie, Flauto Traversobaß 16' - transmissie, Octavbaß 8' - 1739/1976, Bordunbaß 8' - transmissie, Octavbaß 4', Mixture 6-7 fach (2') - transmissie, Posaunenbaß 32' - 1976, Posaunenbaß 16', Trompetenbaß 8'.
Koppeln: Hauptwerk - Oberwerk (schuifkoppel), Pedal - Hauptwerk.
YouTube
Die Königin der Instrumente - Die Trost-Orgel in der Schlosskirche des Residenzschlosses Altenburg (2018)
Quelle: Postcard
Altenburg, Deutschland (Thüringen) - Schloßkirche
Gemeinde: Altenburg
Region:Meissen
Adresse: Schloß 2-4, 04600, Altenburg
Website: http://cms.residenzschloss-altenburg.de/
Beschreibung nr.: 2001547.
Gebaut von: Heinrich Gottfried Trost (1739)
Jahr | Orgelbauer | Opus | Aktivität | 1739 | Heinrich Gottfried Trost | Neubau | 1882 | Ladegast & Sohn | 91 | Umbau | 1976 | Eule Orgelbau | Reconstruction |
Het orgel dat Trost in 1737-1739 voor de Schloßkirche bouwde, is door Johann Sebastian Bach gekeurd. De dispositie werd ontworpen door Stölzel, hoforganist te Gotha. Van dit orgel was Johann Ludwig Krebs organist van 1756 tot 1780. Het instrument werd in 1881-1882 door Ladegast omgebouwd tot een drieklaviers instrument met een Fernwerk. In 1917 zijn de frontpijpen gevorderd. Het instrument werd in de jaren 1974-1976 door Herman Eule in de oorspronkelijke staat teruggebracht.
Technische Daten
Anzahl Register pro Manual | |
- Hauptwerk | 14 |
- Oberwerk | 14 |
- Pedal | 12 (8) |
Gesamtzahl der Stimmen | 40 (36) |
Tastentraktur | Mechanical |
Registertraktur | Mechanical |
Windlade(n) | Slider chests |
Tonhöhe | Koortoon (1/2 toon boven 440 Hz) |
Temperatur | Neidhardt I |
Disposition
Hauptwerk (C-c'''): Groß-Quintadena 16' - 1976, Flauto Traverso 16' - 1739/1976, Principal 8' - 1739/1976, Bordun 8', Spitzflöte 8', Violdigamba 8', Rohrflöte 8' - 1739/1976, Octava 4', Klein-Gedackt 4', Quinta 3', Superoctava 2', Sesquialtera 2 fach (1 3/5'), Mixture 6-9 fach (2') - 1739/1976, Trompete 8' - 1976, Tremulant - 1976, Glockenspiel - 1976.
Oberwerk (C-c'''): Geigenprincipal 8' - 1739/1976, Lieblich Gedackt 8', Fugara 8', Quintadena 8', Hohlflöte 8', Gemshorn 4', Flauto Dolce 4' (2 fach) - 1739/1976, Nasat 3', Octava 2', Waldflöte 2', Superoctava 1', Cornet 5 fach (8') (from g°) - 1739/1976, Mixtur 4-5 fach (2') - 1739/1976, Vox Humana 8' - 1976, Tremulant.
Pedal (C-c'): Principalbaß 16' - 1976, Violonbaß 16', Subbaß 16', Quintadenbaß 16' - transmissie, Flauto Traversobaß 16' - transmissie, Octavbaß 8' - 1739/1976, Bordunbaß 8' - transmissie, Octavbaß 4', Mixture 6-7 fach (2') - transmissie, Posaunenbaß 32' - 1976, Posaunenbaß 16', Trompetenbaß 8'.
Koppeln: Hauptwerk - Oberwerk (schuifkoppel), Pedal - Hauptwerk.
Gemischte Stimme | Zusammensetzung |
Mixtur 6-9 fach (Hauptwerk) | C: 2' - 1 1/3' - 1' - 4/5' - 2/3' - 1/2'. c°: 2' - 1 1/3' - 1' - 4/5' - 2/3' - 1/2' - 1/2'. g': 2 2/3' - 2' - 1 1/3' - 1' - 4/5' - 2/3' - 1/2'. c'': 4' - 2 2/3' - 2' - 2' - 1 3/5' - 1 1/3' - 1' - 2/3'. g'': 8' - 4' - 4' - 2 2/3' - 2' - 2' - 1 3/5' - 1 1/3' - 1'. |
Sesquialtera 2 fach (Hauptwerk) | C: 1 3/5' - 1 1/3'. c°: 2 2/3' - 1 3/5'. |
Mixtur 4-5 fach (Oberwerk) | C; 2' - 1 1/3' - 1' - 4/5'. c': 2 2/3' - 2' - 1 3/5' - 1 1/3' - 1'. c'': 4' - 2 2/3' - 2' - 1 3/5' - 1 1/3'. |
Cornett 5 fach (Oberwerk) | g°: 8' - 4' - 2 2/3' - 2' - 1 3/5'. |
Übrige dispositiondaten | |
---|---|
Hess (1774) |
Alternburg (in Meissen): Het Orgel in de Slot-Kerk, met twee Hand-Clavieren en een Vry-Pedaal, heeft 40 stemmen, benevens een Klokke-spel. Hoofdwerk, 15 stemmen: Fluittravers 16', Quintadeen 16', Principaal 8', Bourdon 8', Rhoerfluit 8', Spitsfluit 8', Violadigamba 8', Octaav 4', Gedact 4', Super Octaav 2', Blokfluit 2', Quint 3', Mixt. 9 st. uit 2', Sexquialtra 2 st., Trompet 8' en Een Klokkespel van 2 Octaaven. Bovenwerk, 14 stemmen: Geig. Princip. 8', Vugara 8' (van Hout, met lange vierkante corpora), Liefl. Gedact 8', Holfluit 8', Quintadeena 8', Gemshoorn 4', Fl. Dous 2st. 4' (op één stok, het eene gedeelte daar van is van het fraaiste Pere-boom hout gemaakt), Octaav 2', Waldfluit 2', Super Octaav 1', Nazat 3', Cornet 5 st., Mixtuur 5 st. en Voxhumana 8'. Pedaal, 11 stemmen: Principaal 16', Violon bas 16', Fluittrav. bas 16', Quintad. bas 16', Octaav 8', Bourdon 8', Sup. Octaav 4', Mixtuur 6 st., Bazuyn 32', Bazuyn 16' en Trompet 8'. Stomme Reg.: Tremulant, Sweving tot de Voxhumana, Pedaal Coppel, Manuaal Coppel. Dit Werk is vervaardigt door G.H. Trost Ao. 1739, het munt uit boven andere Orgelen, niet alleen wegens de uitgeleezenste bouwstoffen, welke op kosten des Hertogs zyn aangebragt, maar meest wegens deszelfs voortreffelyke Fluit-stemmen. Jammer dat in hetzelve een Trompet 16 vt. in het Hoofdwerk, en een Tongwerk 4 en 2 vt., en byzonder een Grondstem van 32 vt. in het Pedaal ontbreekt; want ik ben van oordeel, dat men geen Tongwerk in een Orgel mag plaatzen of er moet teffens een Grondstem van dezelfde diepte bygevoegt worden. Vier, na deeze tyd beroemd gewordene Orgelmakers namelyk Frederici uit Gera; Casparini uit Koningsberg; Graichen en Ritter uit Bareut; hebben als Knegten aan dit werk gearbeid. |
Mehrere dispositionen |
De dispositie luidde in 1882, na de ombouw door Ladegast: Hauptwerk (C-c'''): Principal 16', Bordun 16', Principal 8', Gambe 8', Spitzflöte 8', Rohrflöte 8', Bordun 8', Octave 4', Gedackt 4', Quinte 2 2/3', Octave 2', Terz 1 3/5', Cimbel 3 fach (2'), Mixtur 4 fach (2'), Trompete 8'. Oberwerk (C-c'''): Flöte 16', Geigenprincipal 8', Fugara 8', Salicional 8', Flöte Major 8', Quintade 8', Octave 4', Flöte Minor 4', Nasat 3', Octave 2', Cornett 3 fach (vanaf g), Mixtur 3 fach (2'), Clarinette 8'. Fernwerk (C-c''') (in zwelkast): Viola d'Amour 8', Flauto Traverso 8', Gedackt 8', Flauto Dolce 4'. Pedal (C-d'): Violonbaß 32', Principal 16', Subbaß 16', Violon 16', Principalbaß 8', Posaune 16', Trompete 8'. Manualcoppeln, Pedalcoppel, Crescendo-Decrescendo, Kombinationszug. |
Literatur |
|
Aufnahmen |
|
Weblinks |
https://www.residenzschloss-altenburg.de/thueringische-orgelakademie.html |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|