Volledige beschrijving geselecteerd orgel
![Foto: Piet Bron. Datering: 3 April 2004. Foto: Piet Bron. Datering: 3 April 2004.](/orgbase/ab/boxmeer - sint petruskerk 1.jpg)
Foto: Piet Bron
Boxmeer, Nederland (Noord-Brabant) - Sint Petrusbasiliek
Gemeente: Land van Cuijk
Adres: Steenstraat 41, 5831 JA, Boxmeer
Website: http://www.rkparochieboxmeer.nl/
Beschrijving nr.: 1002094.
Kaartnummer Stichting Orgelcentrum: VE0003, GR2276 (Nieuwe editie).
Gebouwd door: Verschueren Orgelbouw (1959) - opus 453
Het orgel bevat ouder materiaal: Orgelkas uit 1677 van Builder unknown
In de jaren 1634 tot 1637 werd een fraai nieuw oksaal gemaakt voor de Petruskerk in Boxmeer, dat een plaats kreeg tegen de westgevel van de kerk. In 1677 is op dit oksaal een nieuw orgel geplaatst. Het is niet bekend wie het gemaakt heeft. De veronderstelling dat Conrad Ruprecht sr. het orgel gebouwd zou hebben, is inmiddels weerlegd. Ruprecht werkte pas vanaf 1695 in Boxmeer. Blasius Bremser, orgelmaker te Mechelen wordt tegenwoordig als de bouwer gezien. De orgelkas is een werkstuk van Daniël Heymericx uit Boxmeer. Het instrument raakte in 1732 beschadigd door blikseminslag, maar werd hiervan volledig hersteld. In 1844 werkte Wilhelm Rütter aan het orgel, dat met een vrij pedaal werd uitgebreid. Broekhuijsen vermeldt het orgel twee keer, eenmaal onder de R Cath Kerk, en eenmaal onder Capel Carmelieten mannen klooster. Beide disposities betreffen echter hetzelfde orgel, een gevolg van het feit dat de parochiekerk sinds 1652 ook kloosterkerk was. In de Tweede Wereldoorlog raakte de kerk in Boxmeer zwaar beschadigd. Parochianen hadden het oksaal en de orgelkas in veiligheid gebracht, maar het binnenwerk van het instrument ging verloren. In 1952 was de nieuwe kerk gereed. Het orgel werd hier weer in opgesteld door de Boxmeerse firma Bik. Verschueren plaatste in 1959 een nieuw binnenwerk in de historische orgelkas. Deze kas werd door Verschueren wel ingrijpend gewijzigd: het onderpositief zaagde men los en plaatste men als rugpositief in de balustrade. Met Beloken Pasen, 5 april 1959, is het orgel in gebruik genomen met een bespeling door Albert de Klerk.
Technische gegevens
Dispositie
Hoofdwerk (C-g'''): Prestant 8', Roerfluit 8', Octaaf 4', Speelfluit 4', Kwint 2 2/3', Octaaf 2', Openfluit 2', Larigot 1 1/3', Flageolet 1', Mixtuur III sterk (1'), Sesquialter II sterk (discant), Cornet III sterk (discant), Trompet 8', Klaroen 4'.
Rugwerk (C-g'''): Bourdon 8', Gamba 8', Prestant 4', Blokfluit 4', Nazard 2 2/3', Doublette 2', Cimbel II sterk, Kromhoorn 8'.
Pedaal (C-f'): Subbas 16', Octaafbas 8', Gedektbas 8', Kwintbas 5 1/3', Prestant 4', Bazuin 16'.
Koppelingen: Hoofdwerk - Rugwerk, Pedaal - Hoofdwerk, Pedaal - Rugwerk.
Overige bronnen
![Foto: Piet Bron. Datering: 3 April 2004. Foto: Piet Bron. Datering: 3 April 2004.](/orgbase/ab/boxmeer - sint petruskerk 1.jpg)
Foto: Piet Bron
Boxmeer, Nederland (Noord-Brabant) - Sint Petrusbasiliek
Gemeente: Land van Cuijk
Adres: Steenstraat 41, 5831 JA, Boxmeer
Website: http://www.rkparochieboxmeer.nl/
Beschrijving nr.: 1002094.
Kaartnummer Stichting Orgelcentrum: VE0003, GR2276 (Nieuwe editie).
Gebouwd door: Verschueren Orgelbouw (1959) - opus 453
Het orgel bevat ouder materiaal: Orgelkas uit 1677 van Builder unknown
Jaar | Orgelbouwer | Opus | Activiteit | 1677 | Blasius Bremser | nieuwbouw | 1844 | Wilhelm Rütter | restauratie en uitbreiding | 1952 | Gerardus Petrus Bik | diverse werkzaamheden | 1959 | Verschueren Orgelbouw | 453 | nieuwbouw in bestaande kas |
In de jaren 1634 tot 1637 werd een fraai nieuw oksaal gemaakt voor de Petruskerk in Boxmeer, dat een plaats kreeg tegen de westgevel van de kerk. In 1677 is op dit oksaal een nieuw orgel geplaatst. Het is niet bekend wie het gemaakt heeft. De veronderstelling dat Conrad Ruprecht sr. het orgel gebouwd zou hebben, is inmiddels weerlegd. Ruprecht werkte pas vanaf 1695 in Boxmeer. Blasius Bremser, orgelmaker te Mechelen wordt tegenwoordig als de bouwer gezien. De orgelkas is een werkstuk van Daniël Heymericx uit Boxmeer. Het instrument raakte in 1732 beschadigd door blikseminslag, maar werd hiervan volledig hersteld. In 1844 werkte Wilhelm Rütter aan het orgel, dat met een vrij pedaal werd uitgebreid. Broekhuijsen vermeldt het orgel twee keer, eenmaal onder de R Cath Kerk, en eenmaal onder Capel Carmelieten mannen klooster. Beide disposities betreffen echter hetzelfde orgel, een gevolg van het feit dat de parochiekerk sinds 1652 ook kloosterkerk was. In de Tweede Wereldoorlog raakte de kerk in Boxmeer zwaar beschadigd. Parochianen hadden het oksaal en de orgelkas in veiligheid gebracht, maar het binnenwerk van het instrument ging verloren. In 1952 was de nieuwe kerk gereed. Het orgel werd hier weer in opgesteld door de Boxmeerse firma Bik. Verschueren plaatste in 1959 een nieuw binnenwerk in de historische orgelkas. Deze kas werd door Verschueren wel ingrijpend gewijzigd: het onderpositief zaagde men los en plaatste men als rugpositief in de balustrade. Met Beloken Pasen, 5 april 1959, is het orgel in gebruik genomen met een bespeling door Albert de Klerk.
Technische gegevens
Aantal registers per werk | |
- Hoofdwerk | 14 |
- Rugwerk | 8 |
- Pedaal | 6 |
Totaal aantal stemmen | 28 |
Toetstractuur | Mechanisch |
Registertractuur | Mechanisch |
Windlade(n) | Sleepladen |
Dispositie
Hoofdwerk (C-g'''): Prestant 8', Roerfluit 8', Octaaf 4', Speelfluit 4', Kwint 2 2/3', Octaaf 2', Openfluit 2', Larigot 1 1/3', Flageolet 1', Mixtuur III sterk (1'), Sesquialter II sterk (discant), Cornet III sterk (discant), Trompet 8', Klaroen 4'.
Rugwerk (C-g'''): Bourdon 8', Gamba 8', Prestant 4', Blokfluit 4', Nazard 2 2/3', Doublette 2', Cimbel II sterk, Kromhoorn 8'.
Pedaal (C-f'): Subbas 16', Octaafbas 8', Gedektbas 8', Kwintbas 5 1/3', Prestant 4', Bazuin 16'.
Koppelingen: Hoofdwerk - Rugwerk, Pedaal - Hoofdwerk, Pedaal - Rugwerk.
Overige dispositiegegevens | |
---|---|
Broekhuijzen (1855) |
Het orgel in de kerk der R Cath Gemeente aldaar (Boxmeer) was een werk van oude datum, de stichting en datum zijn onbekend. In 1830 eenigzints gerepareerd en hernieuwd door F.C. Smits orgelmaker te Reek. In 1840 en 1841 is het aanmerkelijk herbouwd door den zelfde orgelmaker, het geheel werk toen verplaatst tegen de torenmuur en toen voorzien van een vrij pedaal, twee blaasbalgen zijn erbij gemaakt door een duitsch orgelmaker de naam onbekend. Het geheel is thans een uitmuntend werk. Heeft 27 stemmen twee en een half handclavier en vier blaasbalgen. Hoofd manuaal: Prestant 8', Holpijp 8', Prestant 4', Fluit 4', Octaaf 2', Blokfluit 2', Mixtuur 3 st, Trompet B 8', Trompet D 8' en Voxhuma 8'. Rug positief: Prestant 4', Holpijp 8', Fluit 4', Fluit 4', Viol di Gamba D 8', Octaaf 2', Flageolet 1', Kromhoorn B 8' en Kromhoorn D 8'. Borstwerk: Holpijp 8', Openfluit 4', Nazard 3', Octaaf 2' en Trompet 8'. Pedaal: Bourdon 16', Trompet 8' en Basson 8'. Voorts koppelingen, afsluitingen en Ventil. Het orgel in de Capel van het Carmelieten mannen klooster aldaar (Boxmeer) is in 1677 vervaardigd de maker onbekend. Is in 1844 aanmerkelijk gerepareerd en vergroot door Ruken orgelmaker te Keevelaar. Heeft 25 stemmen drie handclavieren vrij pedaal twee blaasbalgen lang 8 en breed 4 vt. Hoofdmanuaal: Bourdon 16', Prestant 8', Viol di Gamba 8', Holpijp 8', Octaaf 4', Roerfluit 4', Quint 2 1/3', Blokfluit 4', Flageolet 1', Mixtuur 3 st. en Trompet 8'. Positief: Holpijp 8', Viol di Gamba D 8', Prestant 4', Holpijp 4', Supoctaaf 2', Mixtuur 2 st. en Kromhoorn 8'. Borstwerk: Holpijp 8', Speelfluit 4', Doublette 2' en Voxhuma 8'. Pedaal: Subbas 16', Octaaf 8', Violoncello 8' en Bazuin 16'. Voorts koppelingen, afsluitingen, tremulant en ventil. |
Van 't Kruijs (1885) |
Het Orgel in de R.K. Parochiekerk te Boxmeer heeft 22 sprekende stemmen, twee klavieren en vrij pedaal. Het werk is in 1677 geleverd, (maker niet bekend) doch meermalen hersteld en veranderd. Het Orgel wordt binnen korten tijdvergroot en van nieuwe windladen voorzien. Organist de Heer A. van Dijk. Hoofdmanuaal: Prestant 8', Bourdon (disc.) 16', Holpijp 8', Viola di Gamba 8', Prestant 4', Roerfluit 4', Quint 3', Octaaf 2', Flageolet 1', Mixtuur 3 st., Trompet 8'. Bovenmanuaal: Prestant 4', Holpijp 8', Gamba (disc.) 8', Holpijp 4', Speelfluit 4', Blokfluit 2', Kromhoorn 4'. Pedaal: Subbas 16', Octaaf 8', Violoncello 8', Bazuin 16'. |
Verschillende disposities |
De dispositie luidde in 1952/1953: Manuaal I: Bourdon 16', Prestant 8', Holfluit 8', Octaaf 4', Roerfluit 4', Nazard 2 2/3', Mixtuur III-IV sterk, Trompet 8'. Manuaal II (in zwelkast): Gamba 8', Holpijp 8', Prestant 4', Fluit 4, Kwint 2 2/3', Woudfluit 2', Terts 1 3/5', Hobo 8'. Pedaal: Subbas 16', Octaafbas 8', Prestantbas 4', Bazuin 16'. |
Literatuur |
|
Opnamen |
Brabants Orgelrijkdom XXVI : Handel - Boxmeer / Gerard Habraken, Tommy van Doorn. - BOF 201802 (CD). - 2018. |
- Stichting Johann Winkels-Kerkorgelfabriek-Boxmeer
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |